Ik heb besloten om een persona te maken voor de concurrent Ryanair. Ryanair is een concurrent van KLM, omdat Ryanair goedkope tickets biedt voor ongeveer 180 bestemmingen in Europa. Voor de persona heb ik gekozen om iemand uit een gezin te gebruiken. Ryanair is vooral geschikt voor mensen die goedkoop willen reizen naar een ander land om op vakantie te gaan. Kinderen krijgen korting. 

Tim van Havenberg

Man, 33 jaar

Nederland, Rotterdam

Gezinssituatie: Getrouwd, met 1 dochter van 5 jaar

Beroep: Ingenieur autotechniek

Inkomenssituatie: Vanaf €2500,-

Merken waar Tim fan van is:

H&M, V&D, Tommy Hilfiger, Lacoste, Oral B, Mercedes, Gillete, Head&Shoulders, AXE, Heineken, KPN, T-mobile, ING, Hugo Boss

Mediagebruik

Websites: Facebook, NU.nl, LinkedIn, Youtube

Krant: Metro en AD

TV programma’s: How it’s made, Hardcore Pawn, RTL nieuws.

Tijdschriften: Men’s Health, De ingenieur

Hobby’s: Fitness, golf, autoraces bezoeken met vrienden

Vrijetijdsbesteding: Op vakantie gaan naar landen als Frankrijk, Italië en Rusland samen met zijn gezin.

Waarden:

Respect, eerlijkheid, behulpzaam, liefde, vrijheid, beleefdheid, rechtvaardigheid, dankbaarheid en trouw. 

1. Concurrentieomgeving

Bij het analyseren van de concurrentie van KLM gaat het erom welke merken concurreren met het eigen merk, maar ook hoe deze zich in de markt positioneren. Om de concurrentieomgeving van KLM te analyseren wordt eerst gekeken naar de concurrentieniveaus en daarna wordt het Vijfkrachtenmodel van Porter ingevuld. 

Concurrentieniveaus

1. Behoefteconcurrentie

Zelfverrijking, op vakantie gaan naar het buitenland, zakendoen in het buitenland

2. Generieke concurrentie

Reizen

3. Productvorm concurrentie

Andere vliegtuigmaatschappijen:

Short haul - korte afstanden met reisduur 0-3 uur

Medium haul - reisduur 3-6 uur

Long haul - lange-afstandsvluchten

Auto, trein of bus

4. Merkconcurrentie

Ryanair, EasyJet, Emirates en Qatarairways

Het Vijfkrachtenmodel van Porter voor de luchtvaartbranche

Het Vijfkrachtenmodel is een analysemodel op bedrijfstakniveau waarmee een organisatie de concurrentie breder in kaart brengt.

1. Bedreiging van toetreders is laag. Dit komt door de hoge kosten en door de bestaande grote merken.

2. Kracht van leveranciers is klein. De bedrijfstak wordt niet gedomineerd door de leveranciers, de macht ligt in de hand van de maatschappijen. Er zijn twee grote aanbieders van vliegtuigen; Airbus en Boeing.

3. Kracht van afnemers is gemiddeld. Er is sprake van grote afnemers en kwaliteit speelt en grote rol in de koopbeslissingen  van afnemers. De macht kan in handen gelegd worden bij de consument, via internet is het dan mogelijk om ticketprijzen aan te passen.

4. Bedreiging van substituten is laag op het gebied van verre afstandsvluchten. Voor het bereiken van lange afstanden is een vliegtuig het gemakkelijkst en vaak de enigste optie. Voor reizen in het binnenland is het wel mogelijk om met een auto, trein of bus te reizen. Maar de bedreiging van deze substituten is laag. Het gaat om de tijd, het geld en persoonlijke voorkeuren van de passagier.

5. Concurrentie intensiteit is hoog. Er zijn veel concurrenten in de luchtvaartbranche. Er zijn veel luchtvaartmaatschappijen die zich richten op dezelfde markt. Ook bieden concurrenten aantrekkelijke producten/ services, denk aan de prijs van de ticket, maaltijden, beleving en entertainment etc.

2. Doelgroep

KLM richt zich op verschillende doelgroepen. Voor bepaalde campagnes heeft KLM een bepaalde doelgroep. In het algemeen richt KLM zich op zakelijke doelgroepen.

Per segment differentiëren ze hun aanbod en de distributiekanalen.  Ze blijven ook aantrekkelijke prijzen aanbieden om ook interessant te zijn voor niet-zakenreizigers.

De doelgroep van KLM is vooral volwassenen die op zakenreis gaan. KLM is relatief duur, maar biedt een goede service. Mensen die op vakantie willen gaan, kiezen liever voor een goedkope vlucht.

Maar bij de werelddeal weken bijvoorbeeld, richt KLM zich ook op de massa. Dit zijn mensen tussen de 18 en 55 jaar. KLM is veel actief op social media en dit trekt ook jongeren aan.

Bij KLM ligt de focus op de klant. KLM richt zich op het individu achter de passagier, omdat KLM zich realiseert dat elke klant anders is. (KLM)

3. Inzicht

Wat is de consumer insight? Het gaat om de behoefte die een doelgroep heeft voor het aanschaffen van een ticket van KLM.

De doelgroep heeft behoefte aan een luxe reis met beleving en goede service. Om de beleving en betrokkenheid van de doelgroep te vergroten, heeft KLM bijvoorbeeld de campagne Tile&Inspire opgericht.

4. Voordelen

Wat zijn de voordelen van het merk KLM?

-        Rechtstreeks de wereld rond;

-        Gunstige vliegtijden;

-        Spelfoutje? Kosteloos corrigeren;

-        24/7 service via social media;

-        Zit het weer niet mee? U kunt op ons rekenen;

-        24 uur om te annuleren;

-        Number 1 in punctualiteit;

-        Vlieg meer, profiteer meer. 

5. Waarden en persoonlijkheid

Waar staat KLM voor en waar gelooft het merk in?

Visie

KLM wil in de luchtvaart voorop lopen door slimmer te zijn dan anderen. Door de fusie met Air France vervult KLM een leidende rol in de wereldluchtvaart. KLM wil voor de klant de eerste keus zijn, voor medewerkers een aantrekkelijke werkgever en voor aandeelhouders een onderneming die winstgevend groeit. Door slimme partnerships en een voortrekkersrol in nieuwe bestemmingen biedt KLM wereldwijde bereikbaarheid via een uitgebreid netwerk. Door in te spelen op marktkansen en technologische ontwikkelingen biedt KLM de klant een eigentijds product. (KLM)

Missie

Samen met Air France geeft KLM invulling aan haar leidende rol in de Europese luchtvaart. Betrouwbaar en met Nederlands pragmatisme zorgen 32.000 KLM’ers voor vernieuwende producten voor klanten en voor een veilige, efficiënte en servicegerichte operatie met actieve aandacht voor duurzaamheid. KLM streeft naar winstgevende groei die niet alleen bijdraagt aan de bedrijfsdoelstellingen, maar ook aan de economische, maatschappelijke en sociale ontwikkeling. 

KLM werkt aan het creëren van groeimogelijkheden op Schiphol, het verkrijgen van toegang tot alle markten die de kwaliteit van haar netwerk verhogen en gelijke verhoudingen voor alle spelers in de branche. Ook streeft zij naar een goede balans tussen de belangen van het bedrijf en die van de lokale omgeving.

Eigenschappen en waarden

Passie, energie, daadkracht en denkkracht, service, flexibel, vertrouwen, enthousiasme en slagkracht.

6. Geloofwaardigheid

Hoe gelooft de doelgroep dat KLM voor hen de beste keus is?

Om hierop een antwoord te krijgen, is gekeken naar de beoordelingen die de doelgroep zelf geeft over KLM.

De meerderheid van de beoordelingen laat zien dat KLM inderdaad servicegericht en betrouwbaar is.

Voorbeeld:

“Was zo blij dat KLM me zo goed geholpen heeft!

Op bestemming aangekomen bleek dat er een onverwacht maar heel dichtbij sterfgeval in de familie was. Direct gebeld met het servicenummer in NL om vlucht om te boeken. Dus ik kon de volgende dag direct weer terug. Was hele goede service waarvoor grote dank!”

Ook reageert KLM binnen 24 uur op social media, zoals ze hebben aangegeven.

Hieronder een voorbeeld:

7. Onderscheidende kracht

Wat is het verschil van KLM ten opzichte van andere merken?

 KLM’ers vertrouwen op elkaars enthousiasme, flexibiliteit en slagkracht, want met elkaar maken zij het verschil. Met ieders individuele inzet kan KLM voorop lopen in de internationale luchtvaart.

- KLM onderscheidt zich door service aan boord en voor vertrek;

- KLM biedt vluchten voor alleenreizende kinderen van 5 tot en met 11 jaar;

- Gunstige vliegtijden;

- Spaarsysteem: Flying blue. “Vlieg meer, profiteer meer”;

- Zakenreizigers;

- Er wordt gevlogen naar meer dan 150 bestemmingen;

- Vertrouwen;

- Passagiers worden niet beschouwd als stoelnummers, maar als mensen met behoeften en wensen.

8. Merkessentie

Met de merkessentie wordt in 1 of 2 woorden benoemd wat de essentie is van KLM.

- Vlieg met vertrouwen -

Maandag hebben we kennisgemaakt met een nieuw vak; Conceptontwikkeling. Als ik denk aan concepten, dan denk ik aan storytelling, prototypes en richtlijnen. Tijdens het gastcollege hebben twee gastsprekers hun verhaal gedaan. Ze vertelden over de verschillende vormen van concepten en ze gaven voorbeelden om de diversiteit te weergeven. Ik zal kort vertellen waar Jaap Toorenaar en Michael Kouwenhoven het over hadden.

Jaap Toorenaar

Jaap Toorenaar is Creative Director van ARA en schrijft vooral copy teksten. Hij heeft columns geschreven voor HP en De Tijd. Lucky Luuk, de man die sneller schiet dan zijn schaduw, kan dat?

Jaap vertelt dat je een goed idee in drie of vier zinnen moet kunnen vertellen/ samenvatten. Dit idee moet uiteindelijk naar de doelgroep vertaald worden. Hij geeft het voorbeeld van de KLM zwanen reclame uit 1995. Hier stijgt een zwaan op vanuit het water op de muziek van ‘One day i’ll fly away’. De Creative Director heeft dit verhaal wel vier keer moeten pitchen aan KLM. Elke vorm van argumentatie leidt naar contra argumentatie.

Het is belangrijk dat slagzinnen hun resultaat behalen en onthouden worden door een groot deel van de doelgroep. Zo kent iedereen de slogan van Beter Bed; ‘Retteketet naar Beter Bed’. Beter Bed heeft nu blijkbaar een nieuwe slogan, maar niemand kent deze.. zelfs ik weet het niet.

Clichés moeten bestreden en vermeden worden. Als aan mensen gevraagd wordt: “Kent u een slagzin met het woord genieten?” dan kent niemand dit, maar als er aan mensen gevraagd wordt: “Kent u een slagzin met de woorden rund en stunt?” dan kent iedereen dit.

Milner kaas is goed voor je lichaam,  want er zit minder vet in. Jaap vertelt over een Creative Director die het volgende heeft bedacht voor Milner kaas: Hij heeft de benen van een vrouw vervangen met kaaswielen, de kont vervangen met kaaswielen. Hij zag namelijk een foto van vier kazen op elkaar en zo bedacht hij om lichaamsdelen te vervangen met kaas.

Het billboard van Delta Loyd verliest een paar letters. Centraal Beheer Achmea haakt hier op in (even Apeldoorn bellen). Dit is een perfect voorbeeld van een drama en de copy wordt weergegeven met drie woorden: Even Apeldoorn Bellen. Dit omvat het hele concept.

Een ander voorbeeld die Jaap geeft is van Diergaande Blijdorp. De copy was: De ijsberen zijn terug in Blijdorp. Hiervoor bedachten ze een campagne met allemaal dieren die worden bekogeld met sneeuwballen. Voor de copy ‘Olifant geboren in Diergaande Blijdorp’, is bedacht om een uitgeputte ooievaar weer te geven die naar de aarde stort.

In 1987 heeft Jaap met zijn collega Peter van den Engel een filmpje bedacht voor Calvé Pindakaas, waar hij vandaag nog steeds trots op is. Het gaat om de reclame met Calvé Pieter Vitamientje. Kleine kinderen rond de zes of zeven jaar oud lieten ze in de kamer kijken, waarin het belangrijk was dat het op een familiaire wijze verteld werd. Het imago van broodbeleg werd onderzocht; kaas was goed en zoet was slecht. Pieter Vitamientje werd uiteindelijk niet eens gecast, hij heeft maar 1 keer gedaan over de reclame. De vervanger van Vitamientje is nooit gevonden, totdat Peter het woord vertederd ter hand nam “Er komt een kind bij een winkel en die wilt 1200 potten pindakaas. Van die potten pindakaas wordt het kind sterk en groot. 13 jaar later is het kind uitgegroeid tot de meest bekende judoka ter wereld. Dit was de geboorte van de reclame van Pieter van den Hoogenband, die beter kan zwemmen dan kan voetballen.

Tips van Jaap:

-       Grijze woorden als betrouwbaar, goedkoop en vertrouwd vermijden!

-       Argumentatie is belangrijk

-       Gebruik krachtige woorden

-       Vermijd clichés

Michael Kouwenhoven

Michael Kouwenhoven is Senior Art Director bij Eigen Fabrikaat. Eigen Fabrikaat is een reclamebureau voor merken en bedrijven die willen groeien. Michael is tien jaar geleden afgestudeerd en kan tot op de dag van vandaag nog steeds niet omgaan met PowerPoint.

Samen met een medestudent, Dimitri Hubregtse, zijn zij nog steeds een team bij reclamebureau Rapp. Hij werkt voor klanten als KLM, Tweakers en Ziggo. Hij is niet tevreden over zijn studie, omdat hij belangrijke onderdelen mist van de opleiding, die hij wel wilde hebben. Samen met zijn partner runnen ze een creatieve blog, genaamd Pop The Campaign. Op deze blog worden creatieve campagnes en concepten geplaatst.

Michael vertelde over het proces van conceptontwikkeling. Hij nam het voorbeeld van Ziggo.

1. De briefing is de dienstverlenende fase. De klant heeft een probleem en wilt daar een creatieve oplossing voor. Klanten zijn idioten. Aan tafel moet je met twee dingen rekening houden:

- Analyseer de vraag, wat wil de klant uiteindelijk bereiken?

- Analyseer de klant, staat deze open voor andere ideeën?

2. Bij de debriefing is het niet de bedoeling om de klantvraag te herhalen.

3. Een strategie op basis van gevoel is geen strategie. Creatieven moeten zowel creatieve strategieën als ideeën kunnen verzinnen.

4. Conceptontwikkeling is geen activiteit. Elk concept begint met een gesprek

Briefing Ziggo: Ik wil meer pakketten verkopen

Debriefing Ziggo: Hard schreeuwen van informatie helpt niet, gebruik emotie.

Strategie Ziggo: Lekker samen ontsnappen

Concept Ziggo: Beleef elke dag een avontuur.

Tips van Michael:

-       De whiteboard is je grootste vriend

-       Bereid je voor

-       Elk concept begint met een gesprek

Deze dag was erg interessant voor mij. Het gaf me nieuwe inzichten en de gastsprekers gaven veel tips mee over conceptontwikkeling. In het eerste jaar van mijn opleiding moest ik ook een concept bedenken met mijn teamgenoten. We zijn bij dit onderwerp vaak de fout in gegaan, omdat we niet wisten wat een concept eigenlijk inhoudt. Ik weet dat deze cursus ons hier goed gaat helpen, omdat we het uitgebreid over conceptontwikkeling gaan hebben. De gastcollege was een goede start. Het was leuk om te luisteren naar de ervaringen van de twee gastsprekers.

Door Monique 0865816

Vandaag heb ik feedback gegeven op Marlieke's podcast.

Ik vind haar stem prettig om aan te horen. Ik merk dat ze haar informatie niet opleest maar dat ze het uit zichzelf opzegt, dat vind ik erg goed van haar, omdat het natuurlijk overkomt. Ze praat niet eentonig wat ik ook positief vind. Een paar keer zegt ze 'ehh', maar dit is niet erg. Ze spreekt haar zinnen warm en hartelijk uit.

Als ik mijn podcast opnieuw luister, dan merk ik dat ik wel eentonig over kan komen. Ik heb mijn podcast een paar keer opgenomen en geoefend voordat ik het opnam, maar ik denk dat dat gewoon de manier is hoe ik praat. Ik zou geen goede acteur kunnen worden, haha. Misschien zou het goed voor me zijn om het keuzevak 'toneel' te kiezen, zodat ik kan oefenen met mijn stem.

Door Monique (0865816)

Vandaag heb ik de blog van mijn klasgenoot Marlieke beoordeeld. Ik heb haar deze feedback gegeven op haar geschreven artikelen:

“Ik vind je website er hartstikke leuk uitzien, je kan er niet verdwalen en het heeft een mooie professionele lay-out.

Ik heb al je blogs gelezen en ze zien er goed uit. Ik had enkele spelfoutjes ontdekt maar ik stoorde me er niet aan. Ik vond je blogs erg interessant om te lezen, ze zijn niet saai en het was boeiend om te zien waar je nu stond met je voortgang. Zo te zien heb je je leerdoel over drogredenen behaald, ik ben trots op je. De informatie die je over drogredenen in je blogs hebt, vind ik heel interessant om te lezen, zoals dat interview bij RTL late night. Verder vind ik je blogs niet te lang en niet te kort, ze zijn precies goed.”

Tops:

• Creatieve manier van schrijven
• Makkelijk om er doorheen te lezen
• Meeleven met je voortgang over je leerdoel

Tips:

• Ik denk dat je misschien ook andere titels voor je blogs had kunnen kiezen in plaats van voortgang 3, bijvoorbeeld.

Conclusie: Ik vind Marlieke's blogs er professioneel uitzien. Ze kan erg goed schrijven, want ik lees er echt zo doorheen. 

U kunt haar blog lezen op: https://marliekevanschalkwijk.wordpress.com/

Door Monique (0865816)

Hallo allemaal, voor het vak 'professionele vaardigheden' op de opleiding communicatie moest ik een blog schrijven over zes vaardigheden die ik al dan niet behaald heb. Ook heb ik een extra vaardigheid toegevoegd: feedback geven en ontvangen. Ik heb per vaardigheid een reflectie geschreven. In deze reflecties heb ik eigen leerdoelen geformuleerd voor mezelf en u kunt hieronder lezen of ik deze behaald heb. Na het  lezen van de reflecties per vaardigheid, vindt u in de eindreflectie kort waar ik goed in ben, waar ik me het meest in heb ontwikkeld en wat ik nog te ontwikkelen heb.

Informatievaardigheden

De afgelopen periode heb ik aan mijn mini-scriptie moeten werken. Voor deze scriptie moest ik informatie halen uit bronnen door deskresearch te doen. Ik heb 20 bronnen gebruikt voor mijn scriptie en voordat ik er informatie uit haalde heb ik ze natuurlijk eerst gecheckt op hun betrouwbaarheid.

In periode 1 werden we bij het vak professionele vaardigheden getoetst op onze kennis van de 6 vaardigheden. hier kwamen ook vragen over bronnen in voor.

Als ik informatie zoek, dan zoek ik automatisch op google. Persoonlijk vind ik google erg goed en ik log altijd uit voordat ik begin met zoeken, omdat ik weet dat ze informatie aanpassen voor elk persoon. Hier op de opleiding hebben de docenten allemaal verschillende meningen over google en de meesten raden het af. Ze hebben me andere manieren van zoeken geleerd, zoals het zoeken in databanken.

De volgende keer als ik ga zoeken naar informatie, zal ik proberen om niet gelijk in google te zoeken. Ik wil zien of de docenten gelijk hebben als ze zeggen dat je betere informatie kan vinden via de schoolsite en andere databanken. Dit zal wel moeilijk zijn, want sinds kleins af aan ben ik gewend aan google.

In periode 3 wilde ik kunnen selecteren en verwerken van gevonden informatie en voortdurend evalueren van elke stap in het proces.

Kunnen selecteren en verwerken van informatie en het evalueren van elke stap in het proces ben ik goed in. Maar… ik ben er alleen goed in als ik mijn informatie uit Google haal. Informatie in andere zoekmachines vind ik moeilijk om te selecteren, dus hier ga ik nog mee oefenen. Ik weet nu al dat ik dat moet gaan doen in jaar 2 en in de toekomst zal het ook belangrijk zijn om juiste informatie te vinden. Ik zou zeggen dat ik deze leerdoel wel bereikt heb, omdat ik persoonlijk Google een goede zoekmachine vind. Ik kan ook zoeken via andere databanken, ik weet hoe dat moet, maar Google staat op nummer 1.

Creativiteit

In de afgelopen periode heb ik aan deze vaardigheid gewerkt door creatief te schrijven voor mijn scriptie en door creatief aan de slag te gaan bij het project. Sommige mensen zijn meer creatief dan de andere. Ik hoor bij de andere groep. Ik kan mijn creativiteit niet echt uiten, maar ik kan wel oplossingen bedenken voor een werksituatie of een probleem.

In periode 1 en 2 had ik al veel geoefend met creatieve sessies bij het projectonderwijs. Mijn teamgenoten en ik hadden veel gebrainstormd om oplossingen te bedenken. (bloemenassociatie, onbewuste ideeën, negatief brainstormen).

Er zijn echt honderden verschillende manieren om tot een creatief idee te komen. Er zijn erg veel methodes om een oplossing te bedenken. Soms kan het wat langer duren en soms komt een supergoed idee in een keer in me op. Als ik originele ideeën krijg, dan komen ze bij mij onbewust in me op.

Als we in jaar 2 weer bezig zullen zijn met het bedenken van creatieve oplossingen, dan zal ik proberen om de verschillende creatieve technieken te gebruiken om tot originele ideeën te komen.

In periode 3 was het mijn doel om originele ideeën en oplossingen te kunnen bedenken voor een werksituatie.

Ik vind dat ik mijn leerdoel bereikt heb. Uiteindelijk vind ik altijd wel een oplossing of een idee voor een bepaalde werksituatie. De oplossingen komen onbewust en heel soms bewust in me op. Soms duurt het wat langer tot het in me op komt, maar ik los het wel altijd op.

Gesprekstechnieken

Luisteren, samenvatten en doorvragen zijn erg belangrijke begrippen als het gaat om gesprekstechnieken.

In de afgelopen periode waren gesprekstechnieken heel belangrijk en daarom formuleerde ik voor mijzelf een aantal leerdoel die ik wilde behalen. Ik wilde in staat zijn om tijdens een gesprek te luisteren, samenvatten en doorvragen (LSD). Ook wilde ik met behulp van LSD tot de kern van het gesprek komen. Tot slot wilde ik in staat zijn om interviews af te nemen en relevante vragen te formuleren voor een interview.

Om goed voorbereid te zijn voor gesprekken hebben we bij professionele vaardigheden informatie gekregen over interviews en klantgesprekken. In periode 4 hebben we zelf een klantgesprek moeten voeren met een medestudent. Met de hele klas hebben we gediscussieerd over wat een klantgesprek nou is en wat de tips zijn om professioneel over te komen. Zo moet je bijvoorbeeld nette schoenen dragen, want na de ontmoeting kijkt de klant gelijk naar je schoenen.

Bij het project van periode 3 moest ik een interview afnemen van iemand buiten school. Ik vond het eng, omdat ik nooit een vreemde had geïnterviewd. Ik was wel goed voorbereid dankzij de reader interviewen. In de klas hebben we ook een les gehad over interviewen, we bekeken voorbeelden van goede interviews en van slechte interviews.in een slecht interview laat je iemand bijvoorbeeld niet uitpraten of je toont geen interesse.

Ik maakte een checklist voor het interview die ik moest houden en ik schreef de vragen op papier. De vragen stuurde ik door naar de geïnterviewde zodat deze zich goed kon voorbereiden op het gesprek. Tijdens dit interview moest ik goed naar de geïnterviewde luisteren om door te vragen. In een interview vat je niet samen wat er gezegd wordt, dus dit heb ik niet gedaan.

Ook moest ik bij het project vergaderen. Ik was 2 keer de voorzitter. De voorzitter had de taak om te luisteren naar wat er gezegd werd en om daarna kort samen te vatten per punt. Ik vind het moeilijk om te samenvatten. Heel vaak dwaal ik snel af waardoor ik soms compleet vergeet wat de ander heeft gezegd.

De volgende keer wil ik proberen om niet aan andere dingen te denken als iemand tegen me aan het praten is. Het is erg afleidend en daarom vergeet ik vaak wat iemand heeft gezegd.

De eerste twee leerdoelen heb ik matig behaald, omdat ik het nog steeds moeilijk vind om een gesprek goed te samenvatten. Dit komt omdat ik vaak afgeleid ben tijdens het luisteren. Het is niet zo dat ik niet luister, maar ik weet pas later op de dag waar het gesprek over ging.

Het laatste leerdoel heb ik goed behaald. Ik ben in staat om een interview te regelen met iemand die ik niet ken en ik heb relevante vragen opgesteld voor het interview.

Vergaderen

De afgelopen periode moest ik bij projectonderwijs elke week vergaderen met mijn groepje. Ik was 2 keer de voorzitter en 2 keer de notulist. De andere keren was ik een deelnemer. De voorzitter en notulist hadden de grootste taken. Toen ik voorzitter was moest ik de agenda opstellen en tijdens de vergadering moest ik de de punten bespreken en per punt kort samenvatten wat er besproken werd. Na de vergadering moest ik een actie- en besluitenlijst opstellen.

Toen ik notulist was, moest ik aantekeningen maken van alles wat er gezegd werd tijdens de vergadering. Na de vergadering maakte ik de notulenlijst altijd in orde.

De eerste keer toen ik de voorzitter was, was ik er niet zo goed in. Ik wist bijvoorbeeld niet dat ik per punt moest samenvatten en ik wist niet wat de term W.v.t.t.k betekende. Nu weet ik dat wel dankzij de feedback van mijn docent. De tweede keer als voorzitter ging dus goed.

Wat ik de volgende keer anders zou kunnen doen, is me beter voorbereiden op een vergadering. Het is belangrijk om professioneel over te komen en om te weten waar ik het daadwerkelijk over ga hebben. Dit ga ik aanpakken door een dag van te voren (als ik voorzitter moet zijn) me goed voor te bereiden op de agendapunten.

Ik wilde in staat zijn om op een doelmatige manier te vergaderen en daarbij de verschillende rollen te kunnen aannemen.

Mijn leerdoel voor vergaderen heb ik voldoende bereikt. Ik heb 7 weken lang vergaderd in periode 4 en ik kan de verschillende rollen aannemen (notulist, deelnemer en voorzitter). Wat ik nog te ontwikkelen heb, is me wat beter voorbereiden op de vergadering.

Rapporteren

De afgelopen periode moest ik een mini-scriptie schrijven die moest voldoen aan de eisen van rapporteren. Omdat we vaak geoefend hebben met het beoordelen van andermans rapporten, waren de rapporteisen geen probleem voor mij.

De regels voor citeren en parafraseren heb ik in de reader nog wel opgezocht. Met de checklist van rapporteren heb ik mijn mini-scriptie gecheckt. Alles zag er goed uit en ik leverde mijn mini-scriptie voor 13 juni in. Ik wacht nu af op de feedback van mijn begeleider.

Ik heb geen problemen met rapporteren, ik weet welke eisen mijn opleiding stelt en ik probeer me daar goed aan te houden. Ik heb mijn leerdoel: goed, structureel en bondig schriftelijk rapporteren behaald.

Presenteren

Bij een presentatie concentreert het publiek zich op de inhoud van het verhaal maar ook op de lichaamstaal. Je boodschap moet ook overkomen en dit hangt af van je stem. Ik wilde in staat zijn om een voorbereide presentatie te geven voor een groep mensen, met een actieve en toch rustige houding.

In de afgelopen periode moest ik voor Engels, met mijn groepje, een persconferentie houden en twee keer een interview voorbereiden. De docent gaf mij bij mijn eerste interview feedback dat ik te eentonig praatte. Ik luisterde naar haar feedback en ik probeerde om wat enthousiaster te praten bij mijn tweede interview. Toen kreeg ik feedback dat ik mezelf had verbeterd en als cijfer kreeg ik een 7.5.

Met mijn SLB –coach heb ik het vaak gehad over presenteren, dat ik het moeilijk vind. Mijn coach gaf me advies om voor de spiegel te oefenen. Tegenwoordig bereid ik me goed voor als ik een presentatie moet geven, omdat dit me echt helpt.

Bij mijn laatste SLB gesprek vertelde ze me dat ik mijn presentatie skills had verbeterd.

De volgende keer ga ik proberen om niet voor de spiegel te oefenen, maar voor een paar mensen, om te zien hoe zij vinden dat ik presenteer en anderen kunnen me altijd tips geven.

Ik heb mijn doelstelling voldoende behaald. Ik bereid mijn presentatie goed voor, waardoor ik niet gestrest raak.  Daardoor kan ik met een rustige en toch actieve houding een presentatie geven.

Feedback geven en ontvangen

Het woord feedback hoor ik op de opleiding communicatie letterlijk elke dag. Feedback is onmisbaar als je met anderen moet samenwerken. Voor mezelf had ik geformuleerd dat ik in staat wil zijn om feedback te geven in de ik-vorm en om feedback te ontvangen en de mogelijkheid geven aan mijn gesprekspartner om te reageren.

Feedback geven en ontvangen vind ik belangrijk. Ik moest dit jaar in veel verschillende groepjes werken. Iedereen is anders en doet zijn werk op zijn eigen manier. Ik ben onzeker als ik oprechte feedback moet geven aan een ander. Ik ben bang dat ze denken dat ik ze bekritiseer, maar ik heb alleen maar goede bedoelingen. Iedereen kan zijn gedrag aanpassen om nog beter werk te leveren. Met behulp van feedback kan gedragsverandering optreden, wat ook de bedoeling is.

Toen ik feedback ontving van mijn groepsgenoten had ik goed geprobeerd om er echt naar te luisteren en mijn gedrag aan te passen. Ze zeiden bijvoorbeeld dat ik teveel werk in mijn eentje deed en ik dat ik de anderen ook wat moest laten doen. Ik deed mijn best om het werk eerlijk te verdelen voor de volgende keer. Wat me wel opviel is dat ze niet in de ik-vorm praatten. Bij een volgende vergadering met mijn groepsgenoten zeiden ze dat ik goed naar hun feedback had geluisterd.

Feedback hoeft niet alleen kritiek te zijn, je geeft iemand ook complimenten. Ik en mijn groepsgenoten gaven elkaar altijd positieve en negatieve feedback. Dit deden we tijdens peerassessments bij het project maar we deden het ook tijdens andere vakken en soms via social media.

Ik vind het nog steeds moeilijk om echt eerlijk te zijn, omdat ik bang ben dat ik de ander beledig. Wat ik bij een volgend gesprek over feedback beter zou kunnen doen, is mijn mening eerst opschrijven op papier. Ik wil de volgende keer ook aangeven wat voor effect het gedrag van een ander op mij heeft en ik wil vragen om het gewenste gedrag. Daarna mag mijn gesprekspartner hierop reageren.

Feedback geven in de ik-vorm blijft lastig dus hier moet ik me nog in ontwikkelen. Ik moet niet alleen denken aan andermans gevoelens maar ook aan die van mezelf en durven zeggen wat ik vind.

Feedback ontvangen gaat goed. Ik luister goed naar wat de ander over mijn gedrag zegt en ik probeer me aan te passen aan het gewenste gedrag.

De mogelijkheid geven aan mijn gesprekspartner om te reageren vind ik belangrijk, die ander moet natuurlijk ook zijn mening kwijt. Ik ben bereid om naar de reactie van de ander te luisteren.

Eindreflectie van professionele vaardigheden

Uit al de zes vaardigheden, ligt informatievaardigheid mij het meest.. Ik vind het leuk om informatie te zoeken en om bronnen te controleren op hun betrouwbaarheid. Toen ik mijn miniscriptie schreef moest ik minimaal 5 bronnen gebruiken, maar ik heb er 20 gebruikt. Ik vind het fijn om verschillende informatie uit veel bronnen te halen en om deze informatie met elkaar te vergelijken.

Ik heb mij het meest ontwikkeld in presenteren. In het begin van het jaar vond ik het eng om voor de klas te staan. In groepjes ging het wel goed, maar toen ik in me eentje stond was ik hartstikke nerveus. Dit kwam omdat ik me altijd slecht voorbereidde. Na een gesprek met mijn coach ging ik me voor elke presentatie goed voorbereiden. Het presenteren vind ik niet eng meer, ik doe het graag. Hoe meer ik oefen, hoe beter ik word.

In de vaardigheid feedback geven heb ik nog veel te ontwikkelen. Feedback geven vind ik moeilijk, vooral als het gaat om iemands gedrag die hij kan verbeteren. Ik ben bang dat ik degene beledig. In de toekomst ga ik eraan werken om eerlijke feedback te geven, omdat het nooit als persoonlijke kritiek moet worden opgevat.

Mijn voornemens voor jaar 2 zijn:

• Me ontwikkelen op het gebied van luisteren. Goed gefocust zijn op de persoon die tegen me praat en niet denken aan andere dingen.
• Proberen om op creatieve manieren snel een oplossing te kunnen bedenken.
• Eerlijke feedback geven aan mijn groepsgenoten.

Door Monique (0865816)